Trekkers

 

Gaetane Boeur

Hallo!

Als tweede in een gezin van vier kinderen ben ik 46 jaar geleden geboren in Libramont. Ik ben nooit uit de Ardennen weggeweest behalve toen ik enkele jaren in Louvain-la-Neuve studeerde. Ik ben 20 jaar getrouwd met een buitengewone man, met wie we twee even fantastische grote jongens van 19 en 17 jaar hebben.

Mijn MS-historie begint in 2006 met jeuk op het schouderblad en aan de rechterborst, later het gevoel van “elektrische ontladingen” en vervolgens ongevoeligheid aan de rechterzijde. Eerst schakelt de arts de mogelijkheid van zona uit en volgen MRI-onderzoeken die veelvuldige lesies aan de wervelkolom en in het hoofd aan het licht brengen. De diagnose valt: het is MS! Een ruggenprik gaat de diagnose bevestigen – geen vergissing mogelijk. De ongevoeligheid aan de rechterzijde verdwijnt na enkele weken.

Dat ik MS had, viel als een mokerslag. Zonder echt iets van de ziekte af te weten, rolde er een film voor mij af waarvan het einde niet veel goeds liet uitschijnen. En natuurlijk zag ik me in een rolstoel met alle moeilijkheden die dat met zich brengt voor mijn gezin en mezelf. Ik voelde me zonder meer uitgeput.

En toch heeft toen heel vlug het leven me signalen gegeven en heb ik mijn ogen niet dicht gedaan! Ik denk dat er rondom ons mensen, dingen en middelen zijn die bedoeld zijn om ons te helpen. Laten we geest en hart openstellen. Omdat ik uitgeput ben, ga ik voor een keer naar mezelf luisteren, en ga ik rustpauzes inlassen (ik wilde nooit eens een tukje doen). Ik heb het geluk dat ik gehoord en gerespecteerd word op mijn werk en ik krijg makkelijk een deeltijdse loopbaanonderbreking.

Ik heb veel vertrouwen in de medische wetenschap, in de resultaten die men boekt, en schik me helemaal naar wat die wetenschap doet. Toch heeft dat grenzeloze vertrouwen me niet belet om met animo andere wegen te gaan onderzoeken. De verschillende manieren om een ziekte aan te pakken spreken mekaar niet tegen maar vullen elkaar naar mijn gevoel juist aan.

Een vriendin leent me het boek van Lise Bourbeau “Ton corps dit ‘Aime-toi’”. Wat de schrijfster vertelt, spreekt me aan: “Als het lichaam tot ons spreekt langs een malaise of ziekte, is dat om ons te leren bewust te worden van een manier van denken die niet goed voor ons is. Het lichaam is alleen maar de weerspiegeling van wat er zich in ons binnenste afspeelt”. Ik sluit me helemaal aan bij het denkbeeld dat de ziekte zich niet toevallig voordoet en ik wil gaan doorgronden waarom die ziekte er is.

In de loop van de weken en maanden na die bewustwording lees ik bijzonder boeiende boeken, ik ontdek yoga met een leraar die ik erg bewonder, ik volg een stage in mentale beheersing enz. Ik ontdek de onmetelijke kracht van onze gedachten en terwijl ik mijn dagelijkse rustpauzes neem, visualiseer ik mijn genezing. Deze stage helpt me ook vandaag nog heel dikwijls om negatieve gedachten in positieve om te zetten. Hieraan moet natuurlijk elke dag opnieuw gewerkt worden en je verandert jezelf niet zo gauw, maar het loont de moeite van het proberen! Intussen ga ik regelmatig op consult bij een osteopaat/therapeut; ik vind ook die formidabel. Stap voor stap leert hij me bewust te worden van mijn overtuigingen en mijn functioneren, dat zeker niet altijd even doelmatig is. Ik trek me voortdurend in twijfel maar dat doet me goed. Tijdens een sessie legt hij de vinger op iets wat me belangrijk lijkt en dan voel ik een “bevrijding”, terwijl hij me dan zegt: “het is genezing”! Ik weet niet of ik hem moet geloven en vraag me af wat me overkomt maar ik voel me gelukkig! Een paar maanden later – december 2007 – zijn de MRI-resultaten verbazingwekkend: alle letsels zijn verdwenen!

Ik voel me gelukkig en trots want ik voel dat ik voor een stuk medeverantwoordelijk ben voor mijn genezing. Op dat ogenblik zeg ik DANK U aan mijn ziekte want die dwingt me tot rust en bezinning. De ziekte heeft me een stuk weg doen afleggen dat ik zonder MS waarschijnlijk nooit zou hebben gedaan. Na elke beproeving is er een geschenk. Maar we moeten dat ook zien… als we tenminste weten waar onze ogen zijn! Ik voel me dus totaal anders als in november 2009 de diagnose van borstkanker wordt gesteld. Wat er allereerst in me opkomt: ”Nog een beproeving, ik vind dat ze heel dichtbij is, maar dat betekent dat ik nog een weg af te leggen heb en dat zal ik ook doen.” Natuurlijk heb ik ook die “bom” horen vallen: de diagnose, de boosheid, de opstandigheid en vooral de teleurstelling. Maar ik leer de opeenvolgende dingen te beheersen: twee operaties, chemo met alle bijwerkingen, en bestralingen. De behandelingen zijn afgelopen in juli 2010.

Dat stadium heb ik bereikt als ik in oktober hoor praten over het project Toubkal 2011. Ik ben maar net weer op krachten aan het komen en ik zie in Toubkal eerst een prachtige motivatie om mijn maandenlange lichamelijke inactiviteit weer op gang te brengen. Ik ben des te meer gemotiveerd omdat ik Suzy, onze sportcoach ken. Na mijn operaties is zij bij mij aan huis gekomen voor massagebeurten en ik voelde me telkens opnieuw opgepept. Ook ben ik ervan overtuigd dat sport voor ieder van ons heel goed is, of je nu ziek bent of niet. De oncoloog had het er telkens over met mij als ik op consult kwam en hij drong erop aan om zo vlug mogelijk weer aan lichaamsbeweging te doen.

Er is nog meer: Marokko doet me dromen! Ik heb foto’s gezien van vrienden terwijl ze vertelden hoe mooi het ginds is. Ik ken het land niet maar ik wil het dolgraag ontdekken. De bergen spreken me aan, zomer en winter. En dan is er het aspect “groep” dat me aanspreekt. Ik ontmoet graag nieuwe mensen om nieuwe dingen met hen te doen; belevenissen delen! Zoiets vind ik verrijkend en ik verheug me er op dat te mogen meemaken. Het project maakt me enthousiast ook al ben ik natuurlijk wel wat bang: de hoogte schrikt me af en dan zijn er elke dag die uren dat je moet stappen. En ook de nachten in de berghutten en nog veel meer… Zal ik het aankunnen? Wel, ik stort me op de uitdaging die mooi past in die veranderingsprocessen die ik sinds enkele jaren doormaak.

Er is verder het element communicatie van het project. Mocht ik er met mijn getuigenis in slagen, ook maar één persoon te helpen, dan zou ik me al gelukkig voelen. We zijn allemaal uniek en verscheiden, er is dus niet één manier om vooruit te komen. Iedereen moet de weg vinden die haar of hem past. Niet wat je overkomt in het leven is belangrijk, wel de manier waarop je reageert. Niet de ervaringen zijn bepalend, wel wat er mee doen. Dat is het credo dat ik me wil voorhouden…

Tot binnenkort,

Gaetane

<< Back